1 | Perioden |
1.1 | Er worden per seizoen drie perioden gespeeld. |
1.2 | Elke periode zal ongeveer 13 speelavonden bevatten. |
1.3 | De wedstrijdleider stelt voor de start van het seizoen een schema op van de begin- en einddatum van elke periode, rekening houdend met het beschikbaar aantal speelavonden. |
1.4 | Deze data worden vervolgens door de ALV vastgesteld. |
|
2 | Groepen |
2.1 | Gedurende elke periode zal er gespeeld worden in een aantal groepen. |
2.2 | Hoe de groepen aan het begin van het seizoen worden samengesteld wordt beschreven in artikel 6. |
2.3 | Het aantal groepen wordt in principe gedurende het seizoen niet meer gewijzigd. |
2.4 | Doordat gedurende het seizoen er deelnemers kunnen afvallen/bijkomen, kan de grootte van de groepen gedurende het seizoen wijzigen. Die wijzigingen blijven gehandhaafd tot het eind van het seizoen. |
2.5 | Wanneer gedurende het seizoen het aantal leden zodanig wijzigt dat er een erg onevenwichtige groepsindeling ontstaat, kan de wedstrijdleider artikel 6 ook toepassen aan het eind van een periode. In dat geval kan het aantal groepen in afwijking van 2.3 toch wijzigen. |
2.6 | In elke periode en in elke groep wordt gespeeld volgens het Keizer-systeem. |
2.7 | Daarbij kan het voorkomen dat een speler voor de tweede maal tegen dezelfde tegenstander speelt. Als dat het geval is de kleurverdeling anders dan de eerste keer. |
|
3 | Promotie/degradatie |
3.1 | Aan het eind van elke periode promoveren er 3 spelers uit de eindstand van de groepen 2 en lager naar een hogere groep. |
3.2 | Datzelfde aantal van de groepen 1 tot en met de voorlaatste groep degradeert naar een lagere groep. |
|
4 | Nieuwe spelers |
4.1 | In elke periode kunnen nieuwe spelers ingedeeld worden in een groep. |
4.2 | De wedstrijdleider bepaald op grond van zijn speelsterkte en de actuele grootte van de groepen in welke groep de nieuwe speler wordt ingedeeld. |
4.3 | De nieuwe speler krijgt voor de niet-gespeelde rondes in de actuele periode 1/6 x zijn waardegetal (zie artikel 7). |
|
5 | Vertrokken/overleden spelers |
5.1 | Een speler waarvan het lidmaatschap gedurende het seizoen eindigt, blijft tot het eind van de lopende periode in de groepsstand staan. |
5.2 | Vervolgens wordt promotie/degradatie toegepast en daarna wordt zijn naam geschrapt uit de groep waar hij op dat moment staat. |
|
6 | Start nieuwe seizoen |
6.1 | Aan het begin van het nieuwe seizoen worden eerst de groepen samengesteld op grond van de eindstand van de laatste periode van het vorige seizoen. |
6.2 | Vervolgens worden de deelnemers die geen lid meer zijn uit de groepen geschrapt. |
6.3 | Nieuwe leden worden geplaatst in een groep op grond van hun speelsterkte (zie artikel 4.2). |
6.4 | Daarna wordt aan de hand van onderstaande tabel het aantal groepen voor het nieuwe seizoen bepaald. |
6.5 | Als het aantal groepen hetzelfde blijft als in het voorafgaande jaar, wordt het aantal leden van de groepen in overeenstemming gebracht met onderstaande tabel door extra degradatie en/of extra promotie. |
7.4 | Hierdoor ontstaat een nieuwe stand, waarbij de spelers ook een andere waardegetal kunnen krijgen. Vervolgens worden van alle uitslagen de punten opnieuw berekend waardoor weer een andere stand kan ontstaan. Dit proces wordt herhaald tot de stand niet meer veranderd. |
7.5 | De standen worden wekelijks bijgewerkt met dit programma. De ranglijst die dit programma geeft, is maatgevend voor de tussenstand en ook voor de eindstand van elke periode. |
7.6 | Een speler kan alleen een bye krijgen bij een oneven aantal spelers op de speelavond.
Welke speler een bye krijgt, is ter beoordeling aan de wedstrijdleider. Hierbij zijn criteria o.a. nog niet eerder een bye gehad; tot dan de meest gespeelde partijen. |
7.7 | Als externe wedstrijden gelden competitie- en bekerwedstrijden voor de RSB, die gespeeld worden op een speelavond van de huishoudelijke competitie. Ook andere wedstrijden kunnen daarvoor in aanmerking komen, zulks ter beoordeling van het bestuur. |
7.8 | Een speler kan maximaal op 3 avonden per periode bij afwezigheid punten krijgen. Op alle volgende avonden dat hij niet aanwezig is, worden hem geen punten toegekend. |
|
8 | Oneven spelers in de groepen |
8.1 | In elke groep kunnen spelers oneven zijn. Welke spelers dat zijn wordt door de wedstrijdleider bepaald. Slechts één speler krijgt eventueel een bye. De andere spelers spelen tegen iemand uit een hogere/lagere groep. |
8.2 | De Keizer-punten bij zo'n partij worden als volgt toegekend en tellen mee in de eigen groep. |
9 | Clubkampioenschap |
9.1 | Om in aanmerking te komen voor het clubkampioenschap moet de deelnemer tot en met het einde van het seizoen lid zijn van de vereniging. |
9.2 | Aan het eind van elke periode wordt worden de deelnemers van de groepen in een lijst geplaatst in de volgorde waarin ze ge indigd zijn. De deelnemers van groep 1 bovenaan, daaronder de deelnemers van groep 2 enzovoort. Het rangnummer in die lijst is het aantal punten dat een speler voor die periode krijgt.
Van elke periode worden de punten opgeteld en de speler met de minste punten is clubkampioen. |
9.3 | Mocht er na toepassing van artikel 9.2 twee spelers met een gelijk aantal punten bovenaan eindigen, dan beslist het onderlinge resultaat van die spelers over de gespeelde periodes. |
9.4 | Mochten meer dan twee spelers met een gelijk aantal punten bovenaan eindigen of is er na toepassing van 9.3 nog geen beslissing gevallen, dan wordt degene kampioen die de hoogste score heeft wanneer zijn Keizerpunten uit de gespeelde periodes worden opgeteld. |
9.5 | Als dat geen kampioen oplevert, wordt een beslissingswedstrijd gespeeld. |
|
10 | Spelregels en speeltempo |
10.1 | Er kan maar één partij per avond worden gespeeld die meetelt voor de huishoudelijke competitie. |
10.2 | De door de RSB voor de RSB-wedstrijden vastgestelde regels gelden ook voor de wedstrijden in de huishoudelijke competitie. |
10.3 | Voor het speeltempo betekent dat: 1 uur en 30 minuten voor de hele partij plus 15 seconden extra per zet vanaf de eerste zet. Hierbij moet gebruik worden gemaakt van een digitale klok. |
10.4 | Spelers van de laagste groep mogen in afwijking van artikel 10.3 gebruik maken van een gewone schaakklok, daarbij is het speeltempo 1 uur en 45 minuten. |
|
11 | Wedstrijdleider |
11.1 | De wedstrijdleider of zijn vervanger is verantwoordelijk voor de indeling. |
11.2 | De leden die op een clubavond willen spelen moeten dit vóór 15.00 uur op de speeldag melden bij de wedstrijdleider (dit kan o.a. via de groepsapp). |
11.3 | Degenen die zich niet gemeld hebben worden niet ingedeeld. |
11.4 | Daarna maakt de wedstrijdleider de indeling en zet deze op de website. Als er een speler is die een bye krijgt, dan hoeft deze niet naar de clubavond te komen. |
11.5 | De wedstrijden vangen aan om 20.00 uur. De klok wordt dan in werking gesteld, ook al is de tegenstander nog niet aanwezig. |
11.6 | Een speler die is ingedeeld en niet vóór 21.00 uur verschijnt, verliest zijn partij. |
11.7 | In situaties waarin het reglement niet voorziet beslist de wedstrijdleider, daartoe gemachtigd door het bestuur. |
|
12 | Slotbepaling |
12.1 | Overal waar in dit reglement sprake is van speler resp. tegenstander, kan ook gelezen worden speelster resp. tegenstandster. |
12.2 | Zo kan ook overal waar sprake is van hij resp. zijn, ook gelezen worden zij resp. haar. |